In 1975 werd tijdens de World Health Assembly in Geneve een eerste Resolutie over gebruik en beschikbaarheid van menselijk bloed voor transfusie aangenomen (WHA28.72 – Utilization and Supply of Human Blood and Blood Products). Met de uitbraak van de HIV/AIDS-pandemie in 1981 bleek de veiligheid van menselijk bloed voor transfusie ernstig te kort te schieten. In 1984 kwam het onder leiding van de WHO tot de inrichting van het Global Blood Safety Initiative (GBSI), waarin vier mondiale organisaties vertegenwoordigd waren: WHO (Dr. Nigel Gibs, Geneve), Internationale Federatie van Rode Kruis en Halve Maan Organisaties (Dr. Tony Britten, Geneve), International Soci-ety of Blood Transfusion/ISBT (Dr. Bahman Habibi, Parijs) en de World Federation of Hemophi-lia/WFH (Dr. Cees Th. Smit Sibinga, Groningen). Het GBSI kreeg de opdracht de situatie van de bloedvoorziening en transfusie in de wereld gedetailleerd in kaart te brengen.
Resultaat: Slechts een kleine 20% van de wereldbevolking had toegang tot bijna 80% van de bloedvoorziening die bovendien kwalitatief goed en veilig genoemd kon worden. Ruim 80% van de wereldbevolking moest het doen met iets meer dan 20% van de mondiale bloedvoorziening, die echter kwalitatief ernstig te wensen overliet. Het merendeel van die 80% van de wereldbevolking leefde in bittere armoede, met gebrek aan vrijwel alles, waaronder gezondheidszorg, onderwijs, voeding, veiligheid en een dak boven het hoofd. Als gevolg van dit mondiale onderzoek werden programma’s ontwikkeld gericht op een stapsgewijze verbetering van de bloedvoorziening. In 2000 leidde de UN Resolutie 55/2 tot de Millennium Development Goals (MDG) 2000-2015, in 2016 gevolgd door de Sustainable Development Goals (SDG) 2016-2030. Voor de implementatie van de vele programma’s waren en zijn niet alleen expertise en inzet nodig, maar ook op visie gebaseerde samenwerkingsverbanden van hoog politiek tot op de alledaagse werkvloer en bij voorkeur op landelijk en niet meer op lokaal niveau (zoals het oude Lambaréné van Albert Schweitzer in Gabon). Alhoewel de gebieden in kwestie arm waren en dat grotendeels nog zijn, zijn ze wel degelijk kansrijk (lees de beschouwing van Steven Pinker: Enlightenment Now). Maar daarvoor is een holistische aanpak en een langere termijn nodig naast stabiliteit en vertrouwen.
Van mij werd in 2000 een belangrijke bijdrage aan de implementatie verwacht en daar zal ik wat over vertellen.
Cees Th. Smit Sibinga is emeritus hoogleraar Internationale Ontwikkeling van Transfusiegeneeskunde aan de RUG en het UMCG. Als klinisch hematoloog heeft hij de bloedvoorziening voor het Noorden van ons land opgezet en vorm gegeven door toegepast wetenschappelijk onderzoek, onderwijs en ‘evidence-based’ klinische toepassing van bloedtransfusie. Hij is gespecialiseerd in opzet en structurering van een duurzame, veilige en toegankelijke bloedvoorziening in ontwikkelingslanden en is daarvoor semipermanent adviseur van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO. Hij is de auctor intellectualis van het Academisch Instituut voor Internationale Ontwikkeling van Transfusiegeneeskunde en IQM Consulting voor ‘International Development of Quality Management in Transfusion Medicine’.