Programma
maandag 9 maart 2020
Tijd: 15.00
Locatie: Van Swinderen Huys
maandag 9 maart 2020
Het basisinkomen: een fantastisch idee – maar zal het werken?
Jan Oosterhaven

Het idee van een basis-inkomen (BI) is dat het iedereen een bestaansminimum verschaft, zonder enige conditie. Volgens voorstanders heeft de invoering van het BI een groot aantal voordelen. Het neemt de inkomensdrempel weg voor het doen van huishoudelijk- en vrijwilligerswerk en het volgen van opleidingen. Het voorkomt de armoede-, de criminaliteits- en de werkloosheidsval, omdat sneller ja kan worden gezegd tegen (legaal) werk. Het voorkomt de werkgelegenheidsval omdat sneller nee kan worden gezegd tegen dubbele banen en tegen zgn. “klote-banen”. De bulk van de bestaande uitkeringen, met de bijbehorende uitvoerende en controlerende ambtenaren, kan worden afgeschaft. Het grootste nadeel is uiteraard dat belastingen in sommige landen bijna moeten worden verdubbeld, of meer dan dat, om een BI te financieren. In de lezing worden de directe voordelen en nadelen van het BI besproken, alsmede de belangrijkste positieve en negatieve indirecte effecten. Tevens wordt een aantal alternatieven besproken, zoals een negatieve inkomensbelasting (IB), die tegen een veel geringere belastingverhoging hetzelfde bestaansminimum voor iedereen biedt. Tenslotte wordt ingegaan op de politieke media-dynamiek na een invoering van een BI of een negatieve IB, en wat dat betekent voor de maatschappelijke houdbaarheid van een BI of een negatieve IB.

 

Jan Oosterhaven (Gouda, 1945) is emeritus hoogleraar ruimtelijke economie aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). In 1998-99 was hij daarnaast als senior-adviseur verbonden aan TNO en in 1985-86 werkte hij als visiting professor in urban economics aan de Universiteit van Californië te Los Angeles (UCLA). Hij promoveerde in 1981 aan de RUG op het onderwerp Interregional Input-Output Analysis and Dutch Regional Policy; hij studeerde in 1969 af als econometrist aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Prof. Oosterhaven doceerde regionale, stedelijke, vervoers-, en internationale economie en openbare financiën, publiceerde en redigeerde een tiental boeken, schreef ruim 150 artikelen,  en circa 75 rapporten voor uiteenlopende opdrachtgevers over regionale economie, arbeidsmarkt, transport, infrastructuur, ruimtelijk beleid en (inter-)regionale economische modellen. Daarnaast organiseerde hij het European Regional Science Congress (2x), diverse kleinere congressen en symposia, was 5 jaar managing Editor van Economic Systems Research, en  3 jaar president van de International Input-Output Association.

Voor zijn wetenschappelijke verdiensten ontving hij de Fellowship Award van de Regional Science Association International en de International Input-Ouput Association en werd hij bij zijn afscheid van de RUG in 2010 benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

.